JEE

        DURA  LEX

       JURIDISCH ADMINISTRATIEF RECHT

Artikel 2.7.1 Drugshandel op straat

 

 

 

 

 

Onverminderd het bepaalde in de Opiumwet is het verboden op of aan de weg post te vatten of zich daar heen en weer te bewegen en zich op of aan wegen in of op een voertuig te bevinden of daarmee heen en weer of rond te rijden, indien redelijkerwijs kan worden aangenomen dat dit geschiedt met het kennelijke doel om middelen als bedoeld in artikel 2 en 3 van de Opiumwet, of daarop gelijkende waar, al dan niet tegen betaling af te leveren, aan te bieden of te verwerven, daarbij behulpzaam te zijn of daarin te bemiddelen.
 

 

 

 

 

 

 

 

Toelichting

Artikel 2.7.1 beoogt een instrument te bieden in de strijd tegen de overlast, welke wordt veroorzaakt door het op geregelde tijdstippen en op bepaalde plaatsen of routes aanbieden en aannemen van verdovende middelen. Het maakt niet uit of het hier handelt om hard- of softdrugs. In artikel 2.7.1 zijn zowel de aanbieders als de “aannemers” en “bemiddelaars” (drugrunners) strafbaar. Verder is dit artikel zó geredigeerd, dat het er niet toe doet, of er privaatrechtelijk sprake is van koop of verkoop, schenking e.d. De vraag rijst waaruit het ‘kennelijke doel’ kan blijken. Dat dient te blijken uit ervaringsfeiten en concrete omstandigheden, zoals het aanspreken van voorbijgangers, het waarnemen van transacties, het ruziën tussen aanbieders en afnemers etc.